Lucienne
ter Haar

Luciënne ter Haar houdt zich bezig met het algemeen civiel(proces)recht met de nadruk op arbeidsrecht, insolventierecht en personen- en familierecht.

Advocaat sinds 2011

Opleiding: Nederlands recht, Vrije Universiteit te Amsterdam

Specialisatieopleiding Postacademische Leergang Arbeidsrecht (PALA)

Lid VAAN (Vereniging Arbeidsrecht Advocaten Nederland)

Lid VAARA (Vereniging van Arbeidsrecht Advocaten in het Ressort Arnhem)

Contact

Luciënne ter Haar
terhaar[at]vanzeijlbijlaartsen.nl
+31 (0)341 – 42 06 06

Linkedin

Mijn
expertise

Insolventierecht

Op het terrein van het Insolventierecht adviseren onze advocaten bedrijven in moeilijkheden en houden zij zich bezig met faillissementen, surséance van betaling, schuldsaneringsregelingen, zekerheidsrechten (pand en hypotheek) en de incasso van vorderingen.

Arbeidsrecht

De praktijk van het Arbeidsrecht bestrijkt alle juridische aspecten van de verhouding tussen werkgever en werknemer.

Personen- en familierecht

Binnen het Personen- en Familierecht houden onze advocaten zich bezig met echtscheiding, partner- en kinderalimentatie, omgangsregelingen, huwelijksvoorwaarden, de verdeling van huwelijksgoederengemeenschap en de toepassing van verrekenbedingen in huwelijkse voorwaarden, het erfrecht, financiële planning, adoptie, naamswijziging en psychiatrisch recht.

Procespraktijk

Naast goede en snelle advisering blijft het voeren van procedures een belangrijk onderdeel van de praktijk. Allereerst omdat het voeren van procedures onlosmakelijk met de advocatuur verbonden is en van oudsher de “core business” vormt, maar vooral ook omdat proceservaring een vereiste is voor een goede advisering.

Actualiteiten

8 september 2023

#METOO, SEKSUELE INTIMIDATIE… WAT IS DIT JURIDISCH GEZIEN NU EIGENLIJK?

Seksuele intimidatie valt onder artikel 7:646 BW. In artikel 7:646 BW staat seksuele intimidatie als volgt omschreven: “enige vorm van verbaal, non-verbaal of fysiek gedrag met een seksuele connotatie dat als doel of gevolg heeft dat de waardigheid van de persoon wordt aangetast, in het bijzonder wanneer een bedreigende, vijandige, beledigende, vernederende of kwetsende situatie wordt gecreëerd.” Voorbeelden zijn aanranding en verkrachting maar ook dubbelzinnige opmerkingen, ongewenste aanrakingen, gluren en/of pornografische beelden tonen op het werk. De vraag is hoe moet worden gekeken naar seksuele intimidatie. Subjectief of objectief? Gaat het om de bedoeling van de pleger of om de ervaring van het slachtoffer? Vervolgvraag is dan: wat kan men als vast komt te staan dat er sprake is van seksuele intimidatie? Subjectief of objectief beoordelen?De Hoge Raad heeft daarvan

Arbeidsrecht