Betalingen na faillissementsaanvraag; niet altijd in de knip
Het incasseren van een openstaande vordering door middel van een faillissementsaanvraag lijkt een doeltreffend middel. Toch kan het voorkomen dat de schuldeiser de bedragen die hij onder druk van de aanvraag ontvangt, toch nog kwijt is wanneer de schuldenaar alsnog failliet wordt verklaard. Door tijdige intrekking van de aanvraag kan dat worden voorkomen.
Incassomiddel
Om schuldenaren tot betaling te bewegen wordt in de praktijk met regelmaat gebruik gemaakt van de faillissementsaanvraag als incassomiddel. Voor de vereisten waaraan een dergelijke aanvraag moet voldoen wordt verwezen naar de bijdrage van mr. Kuper van 28 juni 2018. https://www.vanzeijlbijlaartsen.nl/betalingstoezegging-is-niet-voldoende-om-een-faillissement-te-voorkomen/
Uiteraard is het niet de bedoeling dat de schuldenaar failliet gaat, maar dat deze onder druk van de aanvraag alsnog gaat betalen. Is de aanvraag eenmaal bij de rechtbank ingediend, dan kan de schuldenaar zijn faillissement alleen afwenden door de aanvrager vóór behandeling van de aanvraag volledig te betalen. Lukt hem dat niet dan kan hij eventueel deelbetalingen afspreken in zoveel termijnen als de rechtbank uitstel van de faillissementsaanvraag toestaat. Uitstellen worden toegestaan tot in totaal maximaal 8 weken.
Niet zelden gebeurt het dat na enkele aanhoudingen van de aanvraag en evenzoveel deelbetalingen de schuldenaar de betalingsafspraken niet langer nakomt. De schuldeiser dient zich dan bewust te zijn van het risico dat hij loopt als hij de aanvraag toch doorzet.
Afdragen aan de curator
Artikel 47 van de faillissementswet bepaalt dat de curator de voldoening van een opeisbare verplichting kan vernietigen als hij kan aantonen dat degene die de betaling ontving wist dat het faillissement reeds was aangevraagd. Vaak gaat het om betaling van de schuld waarvoor de aanvraag is ingediend.
De curator zal eenvoudig kunnen aantonen op welke datum de faillissementsaanvraag door de rechtbank is ontvangen. Elke betaling die de aanvrager na die datum heeft ontvangen, zal de curator kunnen vernietigen en van de aanvrager kunnen opeisen.
Niet alleen betalingen die afkomstig zijn van de schuldenaar zelf, maar ook bedragen die de aanvrager van derden (familie, debiteuren van de schuldenaar) ontvangt ter betaling van de openstaande schuld, kan de curator vernietigen en opeisen. Overigens hoeft het niet slechts te gaan om betalingen. Ook voldoening door bijvoorbeeld het vestigen van een pandrecht voor de openstaande schuld, waartoe de schuldenaar zich heeft verplicht, is vernietigbaar.
Alleen bij faillissement
Betalingen zijn alleen vernietigbaar als het faillissement wordt uitgesproken op een aanvraag waarvan de aanvrager kennis droeg. Uiteraard is dat de aanvraag die hij zelf heeft ingediend, maar stel hij heeft na ontvangst van betaling de aanvraag ingetrokken en het faillissement wordt uitgesproken op aanvraag van een andere schuldeiser? Tenzij de curator bewijst dat de schuldeiser op de hoogte was van de aanvraag die tot faillissement heeft geleid, zijn de betalingen die hij heeft ontvangen niet vernietigbaar en blijven zij “in de knip”.
Voor meer informatie:
Kees Bijl
bijl@vanzeijlbijlaartsenadvocaten.nl
T: 0341-420606
Gerelateerd
-
23 februari 2023
STAND VAN ZAKEN TIJDELIJKE WET TRANSPARANTIE TURBOLIQUIDATIE
-
11 april 2022
RECHT VAN RECLAME; LET OP DE VERVALTERMIJNEN
-
4 maart 2022
RENTE OVER BOEDELSCHULD KWALIFICEERT OOK ALS EEN BOEDELVORDERING
-
22 februari 2022
Vreugdenhil Dairy Foods neemt fabriek NutriDutch in Putten over