Contractsoverneming na doorstart

31 mei 2012

CONTRACTSOVERNEMING NA DOORSTART

Erik Kuper

De één zijn dood is de ander zijn brood. In een faillissement gebeurt het niet zelden dat de gefailleerde onderneming door middel van een doorstart wordt voortgezet door een concurrent en/of een andere gegadigde. Een doorstart bestaat er dan uit dat de curator, naast bijvoorbeeld de inventaris en gereedschappen, de orderportefeuille van de gefailleerde ondernemer aan een derde verkoopt. Op 28 december 2011 heeft de Voorzieningenrechter bij de rechtbank Groningen een vonnis gewezen dat relevant is voor een ieder die geconfronteerd kan worden met een doorstart uit een faillissement: zowel de contractspartij van de gefailleerde ondernemer (“de klant”) als de koper van de orderportefeuille. In casu exploiteerde de gefailleerde ondernemer een bouwonderneming en na diens faillissement verkocht de curator de orderportefeuille aan een gegadigde (“de koper”). Uiteindelijk weigerde de koper het project onder dezelfde condities als de gefailleerde ondernemer uit te voeren. De klant stapte daarop naar de rechter. In de procedure werd door de klant betoogd dat de verkoop door de curator aan de koper moest worden gekwalificeerd als contractsoverneming.

CONTRACTSOVERNEMING

Contracsoverneming houdt in dat zowel de rechten als de verplichtingen van de gefailleerde ondernemer uit hoofde van het contract op de koper overgaan en dat de klant daar een beroep op kan doen. Juridisch laat zich dit vertalen als een driezijdige rechtshandeling waarbij de curator van de gefailleerde ondernemer zijn gehele rechtsverhouding tot de klant met diens medewerking aan de koper overdraagt. De Wet vereist dat de overgang van de rechtsverhouding tussen de curator en de koper in een akte wordt neergelegd; de medewerking van de klant is ook vereist maar niet aan enige vorm gebonden. Soms ziet men in de praktijk dat de klant zijn medewerking niet verleent aan een contractsoverneming, althans dat de klant het faillissement als reden aangrijpt om opnieuw over de condities van het contract te onderhandelen. Immers, in de ogen van de klant heeft de koper geld aan de curator betaald voor het contract en wil hij dit graag behouden. In de procedure was het spiegelbeeld aan de orde. De koper stelde zich op het standpunt dat hij slechts het recht had gekocht van de curator om de orderportefeuille over te nemen. Er was geen sprake van instemming zijnerzijds en hij was niet gehouden het contract onder de huidige (verlieslatende) condities uit te voeren. De Voorzieningenrechter was het in dit geval met de koper eens. De overdracht van de orderportefeuille hield niet meer in dan het bieden van de mogelijkheid aan de koper om de bestaande contracten over te nemen. Het enkel overdragen van een orderportefeuille leverde de vereiste instemming van de koper niet op, aldus de Voorzieningenrechter.

SLOTSOM

Uit vorenstaande kan worden afgeleid dat het aannemen van contractsoverneming (1) valt of staat met de formulering van de tussen de curator en de koper gesloten koopovereenkomst én (2) de medewerking van de klant. Als klant dient men er dus op bedacht te zijn dat de enkele doorstart van een gefailleerde onderneming niet zonder meer leidt tot contractsoverneming. Zijn medewerking is vereist. De doorstartende koper zal op zijn beurt voor het afmaken van het project nieuwe voorwaarden kunnen bedingen, tenzij hij in de overeenkomst met de curator nadrukkelijk met de overneming van de bestaande contracten heeft ingestemd.

Voor meer informatie:

Erik Kuper

kuper@vanzeijlbijlaartsen.nl

T: 0341-420606