Looninhouding of loonopschorting - oppassen met formulering

16 februari 2016

Stel één van uw werknemers is langdurig ziek. De bedrijfsarts adviseert op enig moment dat de werknemer passende werkzaamheden kan verrichten. Uw werknemer weigert dit. U stuurt een brief aan de werknemer waarin u aangeeft dat u vanwege de weigering zijn loonbetaling opschort. Een aantal maanden later gaat uw werknemer alsnog de aangeboden werkzaamheden verrichten. Hij vordert daarna de uitbetaling van zijn loon over de voorgaande periode. Is dit terecht?

OPSCHORTEN OF INHOUDEN
Tijdens de eerste twee ziektejaren heeft een werknemer in beginsel recht op, kort gezegd, doorbetaling van 70% van zijn loon, artikel 7:629 van het Burgerlijk Wetboek (BW). De werknemer heeft zich daarvoor wel aan een aantal re-integratieverplichtingen te houden. Voor het geval de werknemer zich niet aan zijn verplichtingen houdt zijn er twee loonsancties opgenomen in de Wet: de loonopschorting en de looninhouding.

Inhouding
De gronden voor het inhouden van loon zijn opgenomen in lid 3 van artikel 7:629 BW. Een werknemer heeft onder andere geen recht op de betaling van loon voor de tijd, gedurende welke hij, hoewel hij daartoe in staat is, zonder deugdelijke grond weigert passende arbeid te verrichten.
Andere rechtsgeldige gronden voor het stopzetten van loon zijn bijvoorbeeld:
–     het opzettelijk veroorzaken van ziekte;
–     het vertragen of belemmeren van genezing;
–     het weigeren om mee te werken aan door de werkgever, of door de werkgever    aangewezen deskundige,           gegeven redelijke voorschriften of getroffen maatregelen die erop gericht zijn om de werknemer in staat te           stellen om passende arbeid te verrichten;
–     het weigeren mee te werken aan het opstellen, evalueren en bijstellen van het plan van aanpak;
–     het te laat aanvragen van een WIA uitkering.

Opschorting
In lid 6 van artikel 7:629 BW is uitgewerkt wanneer de werkgever bevoegd is het loon op te schorten. Namelijk voor de tijd gedurende welke de werknemer zich niet houdt aan de door de werkgever schriftelijk gegeven redelijke voorschriften omtrent het verstrekken van inlichtingen die de werkgever behoeft om het recht op loon vast te stellen. Kort gezegd, het ten onrechte niet opvolgen van de controlevoorschriften. Een voorbeeld hiervan is een werknemer die stelt ziek te zijn maar weigert een bezoek aan de bedrijfsarts te brengen.

Onverwijlde mededeling
Voor zowel het inhouden van het loon als het opschorten daarvan is van belang dat de werkgever hiertoe enkel kan overgaan als hij de werknemer hiervan vooraf onverwijld in kennis stelt, dat wil zeggen direct nadat bij hem het vermoeden van een grond tot opschorting dan wel inhouding van loon is gerezen of redelijkerwijs had behoren te rijzen.

KANTONRECHTER UTRECHT
In het in de inleiding genoemde voorbeeld had de werkgever aan de werknemer bericht dat de betaling van het loon zou worden opgeschort. Gelet op de weigering van de werknemer passende arbeid te verrichten, deed zich echter een grond voor inhouding van het loon voor en de werkgever had ook de bedoeling het loon daadwerkelijk in te houden. Echter, de verkeerd gekozen formulering in haar brief had tot gevolg dat de kantonrechter te Utrecht in zijn vonnis van 26 augustus 2015 de vordering van de werknemer toewees. Het loon moest alsnog worden uitbetaald. Het opschorten van loon is immers slechts het uitstellen van de betaling.

CONCLUSIE
Heeft u een zieke werknemer die weigert aan zijn reintegratieverplichtingen te voldoen? Overweegt u om het loon in te houden of op te schorten? Kiest u dan uw formulering zorgvuldig, waarbij van belang is dat u zich realiseert dat het opschorten van het loon, in tegenstelling tot een inhouding van loon, slechts bedoeld is als drukmiddel om uw werknemer in beweging te krijgen. Doet uw werknemer alsnog wat er van hem wordt verlangd dan dient u alsnog het opgeschorte loon uit te betalen. Uiteraard slechts voor zover alsnog gebleken is dat de werknemer arbeidsongeschikt was gedurende de tijd dat hij aanvankelijk weigerde zich aan de controlevoorschriften te onderwerpen.

VOOR MEER INFORMATIE:
Shanna van der Linden
vanderlinden@vanzeijlbijlaartsen.nl
T: 0341- 420606

Van Zeijl Bijl Aartsen Advocaten. Vertrouwd.