Ontbindende voorwaarde in de arbeidsovereenkomst? Let op de wijze van formulering!

27 september 2017

In de uitspraak van 9 mei 2017 overweegt de rechtbank Oost-Brabant (ECLI:NL:RBOBR:2017:2702) dat de volgende ontbindende voorwaarde in een arbeidsovereenkomst niet rechtsgeldig is:

“1. Functie en dienstbetrekking
(…)
c. De overeenkomst wordt aangegaan voor bepaalde tijd, te weten voor de duur van het in deze overeenkomst genoemde project. De overeenkomst eindigt derhalve van rechtswege op het moment dat het in deze overeenkomst genoemde project is voltooid of door de opdrachtgever wordt beëindigd. De arbeidsovereenkomst eindigt dientengevolge zonder opzegging of zonder dat daartoe toestemming van het UWV Werkbedrijf vereist zal zijn, op de laatste dag waarop werkzaamheden ter uitvoering van het bovengenoemde project dienen te worden verricht. (…)”

De rechtbank overweegt dat beide partijen een andere opvatting hebben over wat onder ‘het project’ moet worden verstaan. Het project betreft volgens de werkgever de inzet van werknemer. De werknemer is er daarentegen vanuit gegaan dat met ‘het project’ wordt bedoeld de werkzaamheden die hij zou uitvoeren. Naar het oordeel van de rechtbank is de ontbindende voorwaarde te ruim en onduidelijk geformuleerd. De wijze waarop de ontbindende voorwaarde is opgesteld maakt dat het van de subjectieve waardering van de inlener afhangt of en wanneer de voorwaarde in vervulling gaat. De ontbindende voorwaarde doet naar het oordeel van de rechtbank afbreuk aan de voor de werknemer geldende ontslagbescherming en is derhalve niet rechtsgeldig.

Bij het formuleren van de ontbindende voorwaarde dient de werkgever aldus duidelijk te bepalen hoe en wanneer de voorwaarde vervuld kan raken.

Voor meer informatie:
Hasan Kaya
kaya@vzba.nl
T: 0341-420 606