Schadevergoeding toegekend wegens schending AVG
Op 28 mei 2019 heeft de rechtbank Overijssel (ECLI:NL:RBOVE:2019:1827) een schadevergoeding van € 500,– toegekend aan een man wegens schending van zijn privacy door de gemeente Deventer.
Wat was er aan de hand?
De man had de gemeente op grond van de Wet Bescherming Persoonsgegevens (voorloper van de AVG) verzocht aan hem een volledig overzicht te verstrekken van de persoonsgegevens die de gemeente van hem had verwerkt en met welk doel zij die had verwerkt.
Nadat de man het overzicht had ontvangen tekende hij bezwaar aan tegen het besluit, omdat dat overzicht volgens hem onvolledig was. Hem was gebleken dat zijn persoonsgegevens door de gemeente ook aan andere gemeenten waren verstrekt, terwijl dit niet op het overzicht stond aangegeven. Vaststaat dat de man voor de doorzending van zijn persoonsgegevens geen toestemming had gegeven en er ook geen wettelijke grondslag bestond voor de gemeente om dat wel te doen. De AVG kent daarvoor nagenoeg dezelfde regels als de Wbp.
De gemeente verklaarde het bezwaar ongegrond, waarna de man beroep instelde bij de rechtbank. De rechtbank heeft dat beroep gegrond verklaard, het besluit vernietigd en de gemeente opgedragen opnieuw op het bezwaar te beslissen (ECLI:NL:RBOVE:2018:2496). Aansluitend heeft de gemeente het bezwaar van de man gegrond verklaard, het eerste besluit herroepen en daarbij het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Tegen dat tweede besluit is de man opnieuw in beroep gegaan.
In de procedure die aan de rechter werd voorgelegd draaide het enkel nog om de vraag of de gemeente het verzoek om schadevergoeding terecht had afgewezen.
Oordeel rechtbank
De rechtbank overweegt dat op grond van de Algemene Wet Bestuursrecht (Awb) een bestuursrechter bevoegd is om op verzoek van een belanghebbende een bestuursorgaan te veroordelen tot vergoeding van schade die is geleden als gevolg van een onrechtmatig besluit.
Omdat het besluit is vernietigd, staat daarmee de onrechtmatigheid van het besluit vast.
De man stelde vervolgens dat de rechtbank slechts met inachtneming van de AVG diende te beslissen (en hoopte waarschijnlijk op een hoge schadevergoeding). De rechtbank is het daar niet mee eens en oordeelt dat artikel 82 AVG onverlet laat dat er voor de toekenning van schadevergoeding aansluiting mag en moet worden gezocht bij het Nederlandse rechtsbestel. Niet is gebleken het toepassen van dat stelsel geen of onvoldoende recht kan doen aan vergoeding van schade als bedoeld in artikel 82 AVG.
Naar het oordeel van de rechtbank is de man als gevolg van het onrechtmatig besluit in zijn persoon aangetast wegens het verlies van controle over zijn persoonsgegevens. Op grond van artikel 82 AVG en artikel 6:106 BW kent de rechtbank vervolgens een schadevergoeding van € 500,– toe.
Voor meer informatie:
Wilt u meer weten over inzageverzoeken of de privacy in het algemeen? Neem dan gerust contact op.
Erik Kuper
kuper@vanzeijlbijlaartsen.nl
T: 0341- 420606
Gerelateerd
-
13 maart 2024
Verlenging wet maximering huurprijsverhogingen geliberaliseerde huurovereenkomsten?
-
1 februari 2024
WET HUURBESCHERMING WEESKINDEREN
-
30 juni 2023
INDEXERING HUURPRIJS COMMERCIËLE RUIMTEN TOCH BEPERKT?
-
7 april 2023
DIDAM EN REEDS GESLOTEN OVEREENKOMSTEN II