KOP-STAARTBOTSING, WIE IS AANSPRAKELIJK?
In mijn letselschadepraktijk blijkt geregeld dat cliënten stellen dat bij een kop-staartbotsing de achteroprijdende automobilist altijd aansprakelijk is voor het ongeval. Is deze stelling wel juist?
Bij een verkeersongeval tussen motorrijtuigen gelden de normale regels voor aansprakelijkheid in geval van onrechtmatige daad, artikel 6:162 van het Burgerlijk Wetboek. Dit betekent dat indien u wordt aangereden u moet stellen en zo nodig bewijzen dat het ongeval te wijten is aan een verkeersfout van de aangesprokene.
Evenwel in de praktijk heeft zich een systeem ontwikkeld waarbij met grote regelmaat wordt uitgegaan van een feitelijk vermoeden van aansprakelijkheid, waartegen over de aangesprokene tegenbewijs dient te leveren.
Onlangs heeft het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch in haar uitspraak van 19 maart 2019 nogmaals bevestigd dat ook bij een kop-staartbotsing ingevolge de hoofdregel de bewijslast van de stelling dat de achteroprijder op onzorgvuldige wijze aan het verkeer heeft deelgenomen en daardoor tegen de auto van de voorligger is gebotst op het slachtoffer rust.
De enkele omstandigheid dat sprake is van kop-staartbotsing maakt niet dat een uitzondering op de hoofdregel dient plaats te vinden. Verwezen wordt naar vaste rechtspraak, meer specifiek: Hoge Raad 13 april 2001, ECLI:NL:HR:2001:AB1065
https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:GHSHE:2018:3631
https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:GHSHE:2019:1032
Naar het oordeel van het hof zijn er in dit geval geen bijzondere redenen die een afwijking van de hoofdregel van de bewijslastverdeling rechtvaardigen.
Volgens vaste rechtspraak biedt het enkele feit dat de achterste auto op de voorste auto is gebotst, onvoldoende basis om de bestuurder van de voorste auto voorshands geslaagd te achten in het bewijs dat de bestuurder van de achterste auto een aan hem toerekenbare verkeersfout heeft gemaakt.
In artikel 19 van het reglement Verkeersregels & Verkeerstekens is vastgelegd dat een bestuurder in staat moet zijn, zijn voertuig tot stilstand te brengen binnen een afstand waarover hij de weg kan overzien en waarover deze vrij is.
Dus als er onvoldoende afstand wordt gehouden, is de achteropkomende automobilist aansprakelijk voor het verkeersongeval. Echter, de verdere toedracht van het ongeval is van belang. U dient als slachtoffer te bewijzen dat de botsing daadwerkelijk is ontstaan doordat de auto achter u onvoldoende afstand hield. Ligt er een andere oorzaak aan het ongeval ten grondslag, bijvoorbeeld u remt zonder dat in het verkeer daartoe noodzaak is abrupt, dan is aansprakelijkheid niet aan orde.
Voor meer informatie:
Shanna van der Linden
vanderlinden@vanzeijlbijlaartsen.nl
T: 0341-420606
Gerelateerd
-
28 juni 2023
RECHT OP SCHADEVERGOEDING ONDER AVG
-
7 februari 2022
VERERFD SMARTENGELD BETREKKEN BIJ VASTSTELLEN OMVANG OVERLIJDENSSCHADE?
-
21 oktober 2021
VERZEKERINGSPLICHT VOOR INGEHUURDE ZZP’er
-
1 juli 2021
Wat zijn de mogelijkheden om een werkgever aansprakelijk te stellen voor de schade die een werknemer tijdens een bedrijfsuitje heeft opgelopen.