RENTE OVER BOEDELSCHULD KWALIFICEERT OOK ALS EEN BOEDELVORDERING

4 maart 2022

In een recent arrest heeft de Hoge Raad duidelijkheid verschaft over de vraag of de rente over als boedelschuld verschuldigde huurpenningen eveneens als een boedelschuld kwalificeert. De relevantie daarvan bespreek ik hieronder.

Rangorde schulden
Een faillissement kent verschillende soorten schulden die ieder hun eigen rangorde hebben. In die rangorde wordt onder meer onderscheid gemaakt tussen schulden die voorafgaand aan het faillissement zijn ontstaan (“prefaillissementsschuldeisers”) en/of op een later moment. Boedelschulden zijn schulden die na het uitspreken van het faillissement zijn ontstaan. Maar niet alle schulden die na faillissementsdatum ontstaan zijn weer boedelschulden.

Boedelschulden zijn slechts de schulden die een onmiddellijke aanspraak op de faillissementsboedel geven (1) op grond van de wet, (2) omdat zij door de curator in zijn hoedanigheid zijn aangegaan of (3) omdat zij het gevolg zijn van het handelen van de curator in strijd met een door hem in zijn hoedanigheid na te leven verplichting. Huur vanaf faillissementsdatum is op grond van de wet een boedelschuld (artikel 39 Faillissementswet)

Anders dan prefaillissementsschuldeisers hoeven boedelschuldeisers hun vordering niet ter verificatie bij de curator in te dienen. Feit is evenwel dat in veel faillissementen gedurende een lange periode van meerdere jaren onduidelijk is of ook deze boedelschulden überhaupt kunnen worden betaald.

Rente
De vraag die in het arrest van de Hoge Raad centraal staat is of de vertragingsrente over een boedelschuld vanwege de te late betaling daarvan zelf ook een boedelschuld oplevert.

Het Gerechtshof beantwoordt die vraag ontkennend. De tekst van de Faillissementswet spreekt alleen van huur en niet over de daarover verschuldigde rente. Evenmin vloeit dit er logischerwijs uit voort, aldus het Gerechtshof.

De Hoge Raad is een andere mening toegedaan. De vraag of verzuim bestaat ten aanzien van de vordering tot huurbetaling moet worden beantwoord aan de hand van de huurovereenkomst. Wanneer er sprake is van verzuim (lees: te late betaling) en de verhuurder recht heeft op schadevergoeding in de vorm van rente brengt de aard van een boedelvordering als onmiddellijke aanspraak op de boedel met zich mee dat ook de daarover verschuldigde rente moet worden aangemerkt als een boedelschuld.

Volgens de Hoge Raad geldt dit niet alleen voor de verschuldigdheid van wettelijke rente, maar ook als partijen een (vaak hogere) contractuele vertragingsrente zijn overeengekomen.

Een verhuurder doet er daarom goed aan om alert te zijn op zijn recht op vertragingsrente. Niet zelden neemt de afwikkeling van het faillissement meerdere jaren in beslag als gevolg waarvan de rentevordering aanzienlijk kan zijn opgelopen. Zeker wanneer partijen hebben gecontracteerd conform ROZ-modellen. Het kan dus lonen om bij een curator expliciet aanspraak te maken op vergoeding van deze rente.

Voor meer informatie:
Wilt u meer weten of hebt u vragen over uw positie als huurder of verhuurder? Neem dan gerust contact op.

Erik Kuper
kuper@vanzeijlbijlaartsen.nl
T: 0341- 420606